Schiedam, stad waar molens draaien op koppigheid
en de lucht soms ruikt naar regen, roest en jenever —
in die volgorde.
Waar bonte koeien langs het water staan alsof ze iets weten
wat wij allang zijn vergeten.
Op een donderdagochtend kun je er verdwalen in een straat
die gisteren nog niet bestond.
Of stuiten op een standbeeld dat nergens naar verwijst,
maar toch precies op de juiste plek staat.
En altijd die wind —
niet echt hard, maar net genoeg om je te herinneren
dat je er bent.
In Schiedam drinkt de tijd langzaam,
en kijkt over de daken alsof het er ooit nog van gaat komen.
De stad haalt haar schouders op,
maakt koffie,
en laat de bonte koeien rustig verder staren.